Vader Gerrit Eekhoorn runde de hotdogkraam. De kinderen vonden deze hotdogkraam geweldig.
Terwijl de kinderen aan het spelen waren of vanuit school naar huis liepen, roken ze plotseling de heerlijke geur van hotdogs.
Hun maagjes begonnen te knorren en ze renden naar de kraam om Gerrit om een hotdog te vragen.
Er stonden altijd blije kinderen rondom de kraam te praten terwijl ze genoten van hun heerlijke, versgebakken hotdogs.
Gerrit was de beste uitvinder in het dorp, hij kwam altijd met nieuwe ideeën. Hij probeerde altijd weer iets te vinden om zijn kraam nóg beter te maken.
Hij probeerde de kinderen om hulp te vragen, maar zij antwoordden alleen maar: „Waarom hang je geen foto van jezelf op?” en „Maak eens chocoladehotdogs!”
Niemand kwam met een echt goed idee.
Maar op een dag was Luna Chocoladekonijn een hotdog aan het eten bij de kraam en opeens had ze een idee.
„Volgende week gaan we met z’n allen naar Kaap Zeezucht”, zei ze. „Ik zou willen dat we op het strand ook hotdogs konden eten, maar we kunnen ze niet helemaal meenemen naar Kaap Zeezucht want dan worden ze koud.”
Toen Gerrit dat hoorde, had hij een ingeving.
„Dat is het!”, zei hij. „Zo kan ik mijn hotdogkraam nog beter maken!”
De volgende dag was de hotdogkraam gesloten. De dag daarna was de kraam nog steeds gesloten, en de volgende dag weer.
De kinderen waren teleurgesteld dat ze geen hotdogs konden eten.
„Waarom is de hotdogkraam al zo lang gesloten?”, vroeg Luna aan haar vader en aan Eva Egel, zij was de bakker van het dorp. Zij lachten alleen maar en zeiden: „Wij vragen het ons af.”
De week erop gingen de kinderen zoals gepland naar Kaap Zeezucht. Ze speelden heel lang in de zee en kregen trek.
„Ik heb trek”, riepen ze.
Op dat moment roken ze iets heerlijks.
„Zou het…”, zei Luna.
„Ja, dat is het!”, riep Jacobus Beer uit. „Het zijn hotdogs!”
De kinderen volgden hun neus en kwamen bij een prachtig, kleurrijk busje in de duinen.
Het busje had een groot bord op het dak met „HOTDOGS”.
De kinderen geloofden hun ogen niet. Ze liepen naar het busje en hoorden een bekende stem.
„Hallo! Willen jullie een hotdog?”, zei Gerrit terwijl hij hen toelachte van achter de toonbank.
„Ik heb mijn kraam ingeruild voor een busje”, legde hij uit. „Nu kunnen jullie ook in Kaap Zeezucht hotdogs eten. Ik kan mijn hotdogs nu overal verkopen!”
De kinderen waren heel blij om dit te horen en ze schrokten hun hotdogs vrolijk naar binnen.
„Hotdogs smaken nog beter als we ze aan zee kunnen eten”, zei Luna blij.
Gerrit was ook blij. Zijn hotdogkraam had alle kinderen vrolijk gemaakt!
Einde
LET OP
Voor de foto’s is een speciale opstelling gemaakt om de figuren in de verhalen af te beelden.
Sommige accessoires zijn rekwisieten die speciaal voor de foto’s gemaakt zijn, deze zijn niet te koop.
De figuren kunnen de accessoires niet altijd vasthouden zoals op de foto’s.